Bloembollenboer Lou Cuypers is een van de laatste Nederlanders in de Afghaanse provincie Uruzgan. Hij is gebleven toen de Nederlandse troepen vanaf augustus 2010 vertrokken en verbouwt daar saffraan.
Dat schrijft verslaggeefster Bette Dam van de Wereldomroep. Sinds 2007 woont en werkt Cuypers (49) in een van de honderden gepantserde containers op het terrein dat nog altijd 'Kamp Holland' heet.
Hij gaf zijn kwakkelende bloembollenhandel in Nederland op en legde met Nederlandse subsidie 100 hectare saffraanvelden aan om boeren een alternatief te bieden voor de wiet- en papaverteelt.
Zijn contract met het ministerie van Buitenlandse Zaken loopt nog steeds, maar hij heeft intussen een nieuwe deal gesloten met de Amerikanen, voor wie hij boeren op gaat leiden in de provincie.
De VS volgde Nederland op als 'lead-nation' in Uruzgan.
Daarnaast heeft Cuypers een contract met een Nederlandse specerijleverancier, voor een nieuw saffraanproject van 60 hectare.
Aanvankelijk wilden de Australiƫrs de Nederlander uit het kamp zetten uit veiligheidsoverwegingen, maar dit wist hij te voorkomen.
De toenemende corruptie zit Cuypers dwars, zo moest hij 7 maanden wachten op 2 containers met landbouwmachines en onderdelen uit Nederland. Bij zowel de Pakistaanse als de Afghaanse grens vroegen ze duizenden dollars aan steekpenningen, waardoor zijn saffraanprojecten stil lagen.
Hij toont zich in de reportage verrast dat het relatief rustig is gebleven in Uruzgan. Hij verwachtte dat de sfeer zou verruwen sinds de Amerikanen het leidende land zijn geworden, maar dat valt volgens hem mee.
Maar het is in Uruzgan niet rustig. Kort na de ontmoeting die Bette Dam met Cuypers had, ontplofte er een brandstoftruck aan de poort van het kamp. Maar de vuurzee bereikt de containers van Cuypers niet.
Volgens Cuypers komen de waardevolle stampertjes van de saffraankrokus nog dit jaar in de schappen van Nederlandse supermarkten.